Pagina's

dinsdag 25 januari 2011

Communicatie met de patient1

Communicatie met de patient.

Als je nog niet mondig was, dan word je het wel als je meerdere keren lang in een ziekenhuis verblijven mag. Ook in het beste ziekenhuis van Nederland. Daar zijn mijn mede-longstay-patient-collega's het wel mee eens.

In chronologische volgorde wat mij tijdens zes weken Nieuwegein overkomt.

1 Komt de chirurg wel voor je terug op zondagavond?
Op de derde dag na mijn operatie - ik lag op de medium care - bleek mijn externe pacemaker het niet te doen. Het was zo'n zes uur 's avonds.
Wat was er aan de hand? Omdat de endocarditis wel eens ontstaan zou kunnen zijn in februari bij het plaatsen van de oude pacemaker, was die eruit gehaald. Op en niet in het hart, zoals normaal, waren pacemakerdraden bevestigd die uit mijn buik kwamen. Daar zat die externe pacemaker aan vast en één van die draden maakte geen contact met het hart, hoe hoog ze de stroom ook opjoegen.
De verpleger probeerde eerst nieuwe batterijen, toen een nieuwe pacemaker, haalde ondertussen de arts erbij en die besloot dat ik - volledig pacemakerafhankelijk - zo snel mogelijk, maar in ieder geval nog deze avond een werkende pacemaker moest krijgen.

Wat was het plan? Met een doorzichtrontgen zou via een ader bij mijn rechtersleutelbeen één draad IN mijn hart gebracht worden en daaraan zou een extern kastje komen. Met alle gevaren voor hernieuwde besmetting.

Toen begon de ellende. Ik kon de telefoontjes van de arts om een chirurg, apparaat en plaatsje in het ziekenhuis waar dit kon gebeuren letterlijk volgen. De toon van de vele telefoontjes veranderde al gauw van beleefd vragend in bijna radeloze scheldpartijen, want niemand wou voor dit akkefietje terugkomen. Geen chirurg, geen rontgenbediener en de hiervoor gebruikelijke ruimte kon blijkbaar ook niet van het slot af.

Lekker vertrouwenwekkend voor de patient, die zelf haar eigen hart met die nieuwe klep nu heus wel hoort slaan en als geen ander begrijpt dat een werkende pacemaker gewoon moet. De verpleger begreep dat ik dankzij de vloekende discussies letterlijk nog meer van slag aan het raken was en bezwoer mij, dat wat er ook gebeurde, hij bij mij bleef tot ik een werkende pacemaker had.

Om een uur of elf 's nachts was er eindelijk een ploegje bij elkaar, was er een hok gevonden waar het kon, maar was in het hele ziekenhuis het goede buisje, draadje of ander dingetje niet te vinden, dus werd ik weer getrakteerd op een vloekende cardioloog, op zoek naar het goede slangetje. Toen eindelijk eindelijk het hele zootje compleet was, werd ik naar een hok gereden waar een doorlichtrontgen stond. Om de een of andere reden vinden die artsen dat je alles bij volledig bewustzijn moet meemaken, dus het plaatsen van de draad ging onder plaatselijke verdoving, ik had een zogenaamd roesje gekregen, dormicon, maar dat werkte echt niet binnen een kwartier. Gelukkig vind ik het leuk om de operatie te kunnen volgen op de rontgen. Het plaatsen van zo'n draadje is een behoorlijk gepiel en het is ook niet in twee minuten klaar. Toen het ding eindelijk zat, verdwenen rontgenman en chirurg als hazen en vroeg mijn rots in de brandingverpleger, of er soms nog iemand overbleef om mij weer op mijn plek te krijgen.

2 Plaatsen van een inwendige pacemaker.
Omdat die uitwendige pacemaker met die draad rechtstreeks in mijn hart een bron van besmettingsgevaar vormde, en de draad IN mijn hart zat, moest ik zsm een epicadiale lead, dwz een draad die aan de buitenkant van mijn hart was bevestigd. Dat betekent weer onder het mes. Maar hoe? Op dinsdag hoorde ik dat er vier gaten in mijn buik gemaakt zouden worden om draden op mijn hart te zetten. Op woensdag hoorde ik dat de chirurg een klein sneetje onder mijn linkerborst zou maken om twéé draden op mijn hart te zetten en op donderdag zei de chirurg dat hij gewoon de oude ritssluiting zou gebruiken. Oja en ik zou een externe pacemaker krijgen.

Wat schetst mijn verbazing als ik donderdag wakker word uit deze operatie en blijk toch een ínwendige pacemaker te hebben. Die overigens op zo'n manier in mijn anatomie is geborduurd dat het lijkt alsof hij IN een rib zit.

Nou, deze pacemaker, met maar 1 draadje, naar de kamer - niet de beste plek, want de stroomstootjes kunnen beter de boezem aansturen - deze pacemaker bleek zes weken later al weer geen contact te maken. En waarom ik nu in hemelsnaam zo'n armetierig model heb gekregen, een hele andere dan mijn eerste pacemaker? Deze werkt, alsie werkt, als een soort brommobiel. Hij kan zestig, maar dan ook geen slag harder, dus even inhalen is er niet bij. Joost mag weten wanneer ik mijn eigen oude model weer terugkrijg. Ze wachten zeker af of ik deze periode op eigen kracht overleef.

Communicatie 2 gaat over bloedprikken en wat daarbij komt kijken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten